|
|
Eén van de doelstellingen van de Turing Foundation is om meer mensen te laten genieten van Nederlandstalige poëzie.
De Turing Foundation en de Poëzieclub organiseren daarom
sinds 2009 de jaarlijkse Turing Gedichtenwedstrijd.
De Turing Foundation draagt € 46.000,- bij om deze tiende gedichtenwedstrijd tot een succes te maken.
U kon tot en met 15 november 2018
uw gedichten indienen voor de
Tiende Turing Gedichtenwedstrijd.
De uitslag was op 6 februari 2019 in de Rode Hoed.
|
Aan de 10e editie van de Turing Gedichtenwedstrijd deden in totaal 2.442 dichters mee, van wie 25% afkomstig uit Vlaanderen, die gezamenlijk 7.155 gedichten inzonden. De 100 beste gedichten van deze editie zijn gepubliceerd in de bundel Steeds op reis en altijd thuis.
De Turing Gedichtenwedstrijd bekroont jaarlijks het beste Nederlandstalige gedicht met een geldbedrag van € 10.000, de grootste prijs ter wereld voor één gedicht. Deelname en jurering zijn anoniem. Voor de afgelopen tien edities werden in totaal maar liefst 100.000 gedichten ingezonden. De prijsuitreiking van de Turing Gedichtenwedstrijd vormt de afsluiting van de jaarlijkse Poëzieweek.
Jury
De jury bestond dit jaar uit dichter Tsead Bruinja (juryvoorzitter), Neske Beks (multidisciplinair kunstenaar), Radna Fabias (dichter), Françoise Geelen (medeoprichter Turing Foundation) en Jeroen van Kan (presentator, redacteur en dichter).
Voorselectie
Een voorjury bestaande uit medewerkers van poëzietijdschriften Awater en De Poëziekrant selecteerde de gedichten voor de tweede ronde (Top 1000) en de derde ronde (Top 100). De beste 1000 gedichten zijn door de voorjuryleden voorzien van een persoonlijke beoordeling.
Het gedicht werd bovendien gepubliceerd
in de speciale bloemlezing
"Steeds op reis en altijd thuis".
Onder water
Ik herinner me dat ik geboren ben met handen van mijn vaderskant en wat daaruit is weggegleden. 'Hou dat vast,' zei de man die me twee keer twaalf minuten had zien huilen als een baby en daar in rechte lijnen een draai aan wilde geven. Hij tekende een kubus op het bord. 'Pas als je niet meer om je eigen hoek komt kijken is het plaatje rond, heb ik de kantjes gladgestreken.' Wie baart er nu een kreukvrij wezen, dacht ik maar ik vroeg het niet. Kunnen blote handen naakten kleden? Verder nooit begrepen dat slakken dakloos kunnen zijn, dat een pasgeboren zeeschildpad alleen naar het water kruipt. Misschien snap ik alleen de egel die bij nood zijn kroost aanvreet maar ook niet helemaal. Wie snoert de dierenriemen zo strak aan? Soms voert men jonge muizen aan een zwangere kat om haar kittens in een emmer te verzuipen. 'Daarom dus,' zei de man, 'geef ik jou een goede kans' en veegde met een natte vinger een hoekje van de kubus af. Ik dacht: een pasgeborene kan ademen onder water. Meity Völke |
Het gedicht werd bovendien gepubliceerd
in de speciale bloemlezing
"Steeds op reis en altijd thuis".
KLEINE NULLEN VAN CELSIUS
we waren meisje, geen aardig meisje veeleer in elkaar verwarde vlammen we werden tijdelijk geschorst door de schooldirectie omdat we een blanke appel aten en daarbij de donkere pitten voor de voeten van onze racistische fysicaleraar uitspuwden vandaag zijn we vooral bang dat er niets is waardoor we een mes kunnen nemen en het in de mens kunnen zetten ik kijk naar de man van de veewinkel aan de overzijde van de straat maar onze eenzaamheid komt nooit in gevaar ik stapel de slokken sterke koffie ik stapel de lepel met vervormde schedel de gekneusde sigaretten de knalgele aansteker ik stapel de as (mijn longen vormen een zwart gebergte) ik stapel de stoel mijn kont het buikvet (bereikt als lava mijn schoot) ik stapel de herinnering aan de rode en de witte bloedlichaampjes tijdens de expeditie naar zijn hart ik stapel zijn adem zijn melk de rukwinden in bed Ik stapel de vochtplekken op mijn gelaat bovenop een balkon terwijl duizenden nulganzen over de stad trekken met hun vleugels op hun rug gebonden alleen opwarmen is al een soort schuld Truus B.A. Roeygens |
Het gedicht werd bovendien gepubliceerd
in de speciale bloemlezing
"Steeds op reis en altijd thuis".
Je kan rekenen op verandering
Er wordt gezegd: wacht op het startsein van de revolutie om goedgekeurd je geduld te verliezen, zodat de mening die je koestert als een perfect gerijpte aardbei blijft. Nu is geen tijd om pinda's te pellen, een compromis is geen oplossing als er mensen zijn die aangezien worden voor minder. Ik wijs naar het systeem waar alle plekken lang geleden verdeeld zijn. Ik zie hoe mannen zwoegen om de sterkste te blijven, hun kinderen niet zien opgroeien, thuis zo moe zijn dat ze enkel kunnen zitten. Iedereen mag Frozen kijken en huilen, iedereen is een kleuter in een groot log lichaam dat zich alleen met moeite laat verplaatsen. Er zitten maar negenenveertig vrouwen in de tweede kamer. Vrouwen moeten nog steeds stil, mooi en gehoorzaam zijn. Ik zie niet negatief, maar glashelder en trap tegen alles aan wat ik tegenkom. Dit lichaam plaats ik buiten mezelf om een punt te maken. Relativeer wat zich als goed idee in je hersenen nestelt, denk aan de foetus die je was in de warme baarmoeder, niet alles hoeft uitgesproken te worden op twitter. Het probleem is niet dat de vluchtelingen voorrang krijgen op een sociale huurwoning, het probleem is dat er te weinig sociale huurwoningen zijn. Geld moet naar hardwerkende mensen met een minimum inkomen, naar arbeiders. Ik ga niet naar het ziekenhuis met mijn etterende ingegroeide teennagel omdat ik het eigen risico niet kan betalen, een vriend zit thuis omdat hij stemmen hoort en niet naar een passende zorginstelling kan. Er waren jongens die een lijst maakten met meiden uit de groep die ze het eerste zouden neuken. Naast mijn naam onderaan stond: ze heeft overal een mening over. Mensen die zeggen dat politieke kunst geen kunst is: dit is een gedicht en dit gedicht gaat de wereld veranderen. In een café vraagt een meisje: waarom moet ik feminist zijn? Kom je altijd klaar als je seks hebt, word je geloofd als je zegt dat je verkracht bent, krijgt je moeder hetzelfde betaald als haar mannelijke collega? Zolang klaarkomen een politieke daad is, ben ik feminist. Het woord brengt kracht, geen negatieve connotaties. Laten we een hand op onze buik plaatsen, daar waar eenzaamheid voelt als een versteende bal. 'Alle mannen, alle vrouwen..' het is niet waar. Mijn hand leg ik op de buik van haat zaaiende mensen, waar zit de angst waar deze ideeën in geboren worden? Vertel het me, ik word niet boos. Willemijn Kranendonk |
De 1.000 gedichten die tot de tweede ronde doordringen krijgen een persoonlijke beoordeling van de redactie van de poëzietijdschriften Awater en De Poëziekrant.
De winnaars worden bekendgemaakt op een feestelijke prijsuitreiking tijdens de Poëzieweek op 6 februari 2019 in de Rode Hoed in Amsterdam, tijdens een live uitzending van het programma Met Het Oog Op Morgen.
De 100 beste gedichten worden gepubliceerd in een speciale bloemlezing.
De namen van de dichters van de beste 100 gedichten worden ook opgenomen in de Turing Hall of Fame.
De afgelopen jaren werd in de weken voor de uitreiking elke dag een gedicht uit de top 100 in het radioprogramma 'Met Het Oog Op Morgen' voorgelezen en besproken door de juryleden.
Voor meer details, en voor het indienen van gedichten zie de officiele website van de Turing Gedichtenwedstrijd.
De jury
voor het beoordelen van inzendingen van de
Tiende Turing Gedichtenwedstrijd (editie 2018)
bestonds uit
Tsead Bruinja,
Neske Beks,
Radna Fabias,
Jeroen van Kan
en Françoise Geelen.
wo 30 januari 2019 Herman van der Zandt leest Onder Water
do 31 januari 2019 Lucella leest Grijp uw Kans
vr 1 februari 2019 Simone Weimans leest gedicht 6966
za 2 februari 2019 Max van Weezel leest Ongewervelden
zo 3 februari 2019 Mieke van der Weij leest Denkend Spek
ma 4 februari 2019 Chris leest Hiernamaals
di 5 februari 2019 Coen Verbraak leest Rabarberlimonade
wo 6 februari 2019 - De Uitreiking
De beste honderd gedichten van 2018 |
top